Bestuurdersaansprakelijkheid: veel ondernemingen zijn verplicht om hun werknemers aan te melden bij een bedrijfstakpensioenfonds. De bedrijfsactiviteiten van uw onderneming bepalen onder welke werkingssfeer van een bedrijfstakpensioenfonds uw onderneming valt.
De onderneming (bestuurder) heeft de belangrijke taak om te onderzoeken of de onderneming onder een verplichtgesteld bedrijfstakpensioenfonds valt. Vraag daarom hier uw Bpf analyse aan om vervelende verrassingen te voorkomen zoals bestuurdersaansprakelijkheid.
Valt u als werkgever onder de werkingssfeer van een verplichtgesteld bedrijfstakpensioenfonds dan is het belangrijk – zeker als op enig moment blijkt dat uw onderneming niet in staat is om de verschuldigde pensioenpremies aan het bedrijfstakpensioenfonds te betalen – om met het volgende rekening te houden.
Op grond van artikel 23 Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000 (Wet Bpf 2000) geldt dat betalingsonmacht onverwijld aan het bedrijfstakpensioenfonds gemeld dient te worden. Verder geldt een informatieplicht zodra het bedrijfstakpensioenfonds om extra inlichtingen vraagt. In het Besluit Meldingsregeling Wet Bpf 2000 zijn de eisen voor een melding van betalingsonmacht opgenomen:
- de melding dient onverwijld (maar uiterlijk binnen 14 kalenderdagen nadat de premie afgedragen had moeten worden) schriftelijk te worden gedaan;
- de melding dient inzicht te geven in de omstandigheden die ertoe hebben geleid dat de pensioenpremie niet betaald is.
Daarvan is sprake wanneer de rechtspersoon:
Onder liquide middelen wordt in dit verband verstaan de kasmiddelen, waaronder de banktegoeden en de direct opneembare kredietruimte van de rechtspersoon.
Dan geldt een rechtsvermoeden dat het niet betalen van de pensioenpremies aan u als bestuurder te verwijten valt (bestuurdersaansprakelijkheid). Het is dan voor een bestuurder heel lastig om dit vermoeden te weerleggen. Zijn er overigens meer bestuurders, dan zijn zij allemaal aansprakelijk. Dit heet bestuurdersaansprakelijkheid.
Het pensioenfonds hoeft haar vordering niet te beperken tot de bestuurder(s) van de rechtspersoon. Zij kan de achterstallige pensioenpremies ook en tegelijkertijd verhalen op:
U loopt dan het risico dat u persoonlijk aansprakelijk wordt gesteld door het bedrijfstakpensioenfonds voor de niet betaalde pensioenpremies. Dat betekent dat u in geval van aansprakelijkheid de achterstallige pensioenbijdragen uit uw eigen (privé-)vermogen moet voldoen. U staat niet te wachten op bestuurdersaansprakelijkheid.
Alle bestuurders zijn zelfstandig bevoegd om een melding te doen. Astrum Advies Advocatenkantoor adviseert u om daarbij altijd de gegevens van de betreffende premienota(‘s) waarvoor de betalingsonmacht geldt mee te sturen. De betalingsonmacht moet schriftelijk en uiterlijk binnen veertien kalenderdagen nadat de wettelijke betalingstermijn voor de verschuldigde premies is verstreken gemeld worden. Leg hierbij ook uit welke omstandigheden er zijn die ertoe hebben geleid dat de rechtspersoon de verplichte bijdrage niet kan voldoen.
Nadat u de melding met uitleg heeft gedaan, is het aan het bedrijfstakpensioenfonds om zo nodig verdere inlichtingen bij u op te vragen. Uw reactie op een dergelijk verzoek maakt onderdeel uit van de meldingsplicht. Het pensioenfonds bepaalt de termijn waarbinnen en de wijze waarop de gevraagde informatie aangeleverd moet worden. Deze informatie moet duidelijk en zonder voorbehoud verstrekt worden. Het niet of niet op de juiste wijze voldoen aan het informatieverzoek wordt namelijk beschouwd als het niet voldoen aan de meldingsplicht en dat wilt u natuurlijk voorkomen.
Tot slot is het belangrijk om te beseffen dat een verzoek om uitstel van betaling aan het bedrijfstakpensioenfonds niet (zonder meer) ook als een melding betalingsonmacht wordt opgevat.
Bent u als bestuurder (hoofdelijk) aansprakelijk gesteld voor het niet (op tijd) betalen van de openstaande pensioenpremie aan het bedrijfstakpensioenfonds? Heeft u een dwangbevel ontvangen (verzet en hoger beroep)?